Persbericht Sjoerd Knibbeler | In Elements
Vragen aan de elementen
Als je de studio van Sjoerd Knibbeler binnenloopt is het eerste wat opvalt, -behalve de heerlijke geur van verse koffie, en dat er goed is opgeruimd-, het statief midden in het voormalige klaslokaal. De camera die erop bevestigd is staat in een gekantelde stand. Oftewel: het beeld dat met die camera gemaakt wordt heeft de verhoudingen in lengte en breedte van een portrait en niet die van een landscape.
Sjoerd is er wel eens naar gevraagd, en zijn reactie is veelzeggend. Hij heeft een uitgesproken afkeer van het begrip landschap. Het veronderstelt in zijn ogen een ruimte gevuld met passieve objecten, die door een actieve, scheppende waarnemer worden bekeken. Als zijn praktijk als fotograaf/kunstenaar nu ergens niet op lijkt, dan is dat het wel! Het oude cliché wil dat het fotografische proces de werkelijkheid technisch en objectief vastlegt. Voor Sjoerd is daar niets mee gezegd. Sterker, zijn nieuwsgierigheid bloeit pas op aan de grenzen van wat fotografie kan doen. Er is zo’n groot deel van de werkelijkheid onzichtbaar!
Dankzij wetenschappelijke kennis beginnen mensen een benul te krijgen van wat er diep in de aarde beweegt, hoe lucht stroomt, en winden waaien, hoe water rond een schip beweegt of wolken van vorm veranderen. Dat mogen hele werkelijke en fysieke verschijnselen zijn, maar hoe zijn ze te fotograferen? Of beter nog: wat is er voor nodig, om als beelden-makend mens, in direct, zintuiglijk contact te komen met die verschijnselen, en samen met die stromende lucht en water, een beeld te maken? Zo’n beeld is het verslag van de wisselwerking tussen twee actieve, maar radicaal verschillende wezens. Ja, een portret van die ontmoeting.
In de serie Exploded Views toont Sjoerd Knibbeler de uitkomst van een expeditie die voortkwam uit de vraag: als licht zelf eigenlijk onzichtbaar is en alleen het breken van het zonlicht de wereld zichtbaar maakt en kleuren doet ontstaan, wat zouden er dan voor beelden ontstaan als ik met dat breken van licht experimenteer zònder dat er een wereld is die zichtbaar gemaakt wordt? Dat klinkt wetenschappelijk en filosofisch tegelijk, maar voor Sjoerd is zo’n vraag vooral een praktische kwestie. Hij bouwde een houten kast waar door middel van spiegels en lenzen zonlicht naar binnen wordt gebracht. In die donkere kamer, soms op drie verschillende hoogtes, plaatste hij glazen prisma’s in extreem uiteenlopende vormen. Driehoeken, afgeplatte bollen, complexe golf- en schelpvormen. Op de bodem van de kast lag lichtgevoelige film, die het spektakel van het gebroken licht kon vastleggen. Via een glazen bodem en een spiegel had hij zicht op de uitkomsten van zijn minutieuze verschuivingen en aanpassingen.
Als je naar de beelden kijkt maak je een avontuurlijke tocht naar een onmogelijke plek: de binnenruimte van het zonlicht, waar een oneindige hoeveelheid tinten, vormen, velden en lijnen blijken te kunnen bestaan. Alles wat je ziet is niet bedacht maar gevonden, door eigenhandig te experimenteren. Door maanden en jarenlang te handelen vanuit vragende onwetendheid, in een voortdurende wisselwerking tussen handen, brein en ogen. De fotogrammen beelden niets af. Het zijn geen fantasiebeelden, eerder pure werkelijkheid, ook al zijn er geen lichamen en voorwerpen, geen ruimte of richting te bekennen. De beelden zijn het verslag van de ontmoeting tussen zonlicht en de werkwijze van Sjoerd Knibbeler, ontstaan in de geduldige baarmoeder die hij ervoor gebouwd had. De beelden zijn engeltjes, ze hebben maar even bestaan, in een wankel evenwicht.
De serie In Elements bestaat uit foto’s gemaakt op het wad bij het Duitse eiland Föhr. Daar zijn alleen de elementen: de hemel met zon en wolken, regen en wind; de zee en het tierende leven in de drooggevallen zeebodem, soms een glimp van de kust. Sjoerd introduceert in die weidse natuurlijke omgeving twee dingen: een verticale stalen buis die een wolk kalkdeeltjes uitstoot en zijn camera die in een bepaalde richting, bij een bepaalde windrichting en op een bepaald moment van het etmaal vastlegt wat er tijdens die kalkexplosie gebeurt. Deze kleine set van variabele ingrediënten levert een verbluffende visuele rijkdom op.
En wat doet die kalkwolk daar? Je kunt het zien als de vraag die de kunstenaar aan die omgeving, aan de elementen stelt. Het beeld, met de weerkaatsing van het violette licht van de opkomende zon in de stuivende kalk, en de vorm van de wolk als gevolg van de wind, dat is een antwoord. Of, beter, een onderdeel van een peiling, een meting. Met die lange reeks wolk-vormige vragen gaat de kunstenaar op in de omgeving, op in de elementen. Opgewekt en gelijkmoedig, is hij groot èn klein, een Ik èn een onbeduidend kosmisch pluisje.
Wie wel eens gehoord heeft van het plan om de opwarming van de aarde te bestrijden door in de stratosfeer enorme wolken licht-weerkaatsende kalkdeeltjes te verspreiden ziet in Sjoerds kalkwolken op het Duitse wad nog een andere vraag. Het is een opwindend en verleidelijk beeld, maar is het een goed idee? Met de onderzoekende vragen van een wetenschapper, het verlangen van een dichter (hij zoekt een zintuiglijk, aanschouwelijk beeld!) en de werkwijze van een uitvinder: zo maakt Sjoerd Knibbeler eigenhandig, tastend en vragend het vertrouwde nieuw en schept hij plekken om het onbekende te ontmoeten.
Tekst: Dirk van Weelden